Van kindmigratie kijken in Oost-Afrika weinig mensen op. Van het arme platteland trekken kinderen naar de stad in de hoop op een betere toekomst. Kinderhandel met alle gevaren van dien ligt op de loer. De gevolgen voor kinderen die het slachtoffer worden van kinderhandel zijn ernstig. Ze staan bloot aan criminaliteit, geweld en misbruik. Ouders of verzorgers geven kinderen vaak met de beste bedoelingen aan ronselaars mee. Ze hopen dat ze zo werk krijgen, of een opleiding kunnen volgen. In werkelijkheid vallen deze kinderen vaak ten prooi aan uitbuiting, en worden ze bijvoorbeeld gedwongen tot kinderarbeid of worden ze seksueel uitgebuit. De internationale reisbeperkingen als gevolg van de coronacrisis hadden effect op de grensoverstijgende kinderhandel. Die nam (tijdelijk) af. Maar de binnenlandse mensenhandel en kinderhandel zijn niet gestopt; mensenhandelaren vinden creatieve manieren om de overheidsmaatregelen te omzeilen. Alleen al in Tanzania en Oeganda was Terre des Hommes tijdens de eerste maanden van de lockdown betrokken bij het redden van meer dan zeventig verhandelde kinderen. De kinderen uit Tanzania waren met name bedoeld als slaafje in de huishouding. Met het openen van de landsgrenzen zal volgens Terre des Hommes de kinderhandel verder toenemen.